Pagina's

woensdag 29 februari 2012

aarzelend de lente tegemoet

Vorige week woensdag, een dag voor de begrafenis van de fakkeldrager, belde mijn uitgever me om me te vertellen dat hij de hele dolfijnenserie ging skippen. Zijn telefoontje kwam er ruw samengevat op neer dat ik de bons kreeg. Geen serie, geen vervolg, en nog bedankt voor het harde werken. Dag, tot ziens, we bellen nog wel, jammer, maar het is toch eigenlijk niks voor ons, en nee, we kunnen niet precies zeggen waar het aan ligt, het is nogal vaag allemaal, nee, ik ken verder niemand in de wereld van de uitgeverij bij wie ik een goed woordje voor je kan doen, zonde inderdaad maar je redt het wel, ja, wij dachten dat je dit bericht wel goed op zou pakken, en ja, het was inderdaad lastig om dit telefoontje te plegen, is nooit leuk nee, sterkte morgen nog bij de begrafenis, doeg.
Ik stond met mijn oren te klapperen, maar had heel even andere dingen aan mijn hoofd waardoor ik er in eerste instantie niet zo heftig op reageerde.
Tot ik een uur later aan tafel zat en plotseling overvallen werd door Twijfel. Hij greep me bij de keel, probeerde me te bijten, maakte krassen op mijn armen, gromde en snoof met grof geweld. Ik worstelde maar was te zwak om hem van me af te krijgen. Godzijdank wierp Vrijheid zich op als mijn redder. Met wapperende haren rukte ze die rotzak van me af, slingerde hem hardhandig in de hoek en gebood hem daar te blijven liggen.
'En o wee als je terugkomt, jij miezerig aftands mormel. Waag het niet haar te vermorzelen anders krijg je met mij van doen. En reken maar dat ik je de volgende keer niet spaar. Ik hak je in mootjes en gooi je in het grote grijze huilerige bos.'

Sinds dat moment loopt Vrijheid naast me. Ze is mijn engel, mijn eigen fijne superwoman die me, zodra ik ook maar éven een staartje van Twijfel vermoed, een andere kant op fluistert.
'Negeer 'm Margrietje. Maak plannen, zoek mogelijkheden, je bent vrij om te doen wat je wilt.'
En weet je, het lukt me, aarzelend, weliswaar, voetje voor voetje.
Kleine stapjes neem ik, nee, ik ren nog niet, dat komt vanzelf wel weer, maar ik loop in ieder geval de lente tegemoet...

maandag 27 februari 2012

stil nou eens

Mijn gedachten
zitten niet meer
op een rijtje
keurig
netjes naast
elkaar
nee, ze krioelen
e i g e n w ij s
her en der
door mijn hoofd

soms
schrik ik
als er één
achter mijn ogen
zit te prikken
of
als er één
verstopt
zit in mijn neus

er zitten er zelfs
een paar als kluitjes in mijn oren
....
zo kan ik 
mezelf 
verdorie
toch niet horen!

zaterdag 18 februari 2012

voor de liefste fakkeldrager die ik ken

Lieve lieve lieve vriend

nu kun je me nooit meer vertellen over de fakkel
die is ontstoken aan het heilig vuur
over de optocht
de voorlopers
de avonturiers
de volgers
de fluitisten
de stormballen
en de trappen
over hoe we met z'n allen onderweg zijn
naar iets
wat jij nu kent
en ik nog niet

dinsdag 14 februari 2012

Valentijnsgedichtje


Jij kent mijn bloot
en ik het jouwe
en daarom wil ik je
tot aan mijn dood
graag heel dicht bij me houwe

maandag 13 februari 2012

Natuur






De natuur zit aan het stuur
maakt brokken
schots en scheef
en
dat doet ze allemaal
terwijl ik kijk
en
leef

zondag 12 februari 2012

geen titel

Kijk, zo'n sms-je was genoeg geweest.

Lieve Margriet,
ik ben een tijdje onbereikbaar vanwege de liefde. Heb iemand gevonden met wie ik me te pletter geniet. Als ik de kinderen niet heb, ben ik de hele week bij hem. Zalig! Wilde niet dat je het zou horen van iemand anders, vandaar dit sms-je. Ben zo blij!
xxLydewij*

Maar!
Zo'n sms-je kreeg ik niet.
Ik kreeg helemaal niets.
Ik wist van niets.
Nul, zero, niente, noppes.
Ik zat verdorie nog in het stadium dat ik me zorgen om haar maakte.
Dat ik haar belde om te vragen of ze zin had om mee te gaan schaatsen.
Of te wandelen.
Of iets anders leuks te doen.
En toen.
Toen hoorde ik zomaar van iemand anders dat Lydewij een relatie had.
En daar was ik van in shock.
Want man, wat had ik dat graag van haar zelf gehoord.
Lydewij is één van mijn beste vriendinnen namelijk.
Zij kent mijn snot en tranen en ik die van haar.
We kennen elkaars bloot, delen herinneringen en vakanties.
Wij delen veel.
Maar nu dus even niet.
Dat krast.
Ik moet er van huilen.
En boos maakt het me ook.
Verdorie.

* Lydewij is natuurlijk een verzonnen naam.

woensdag 8 februari 2012

winderig onderonsje




Gisteravond laat fietste ik met straffe tegenwind langs het Wolderwijd dat nu vol ligt met ijs, sneeuw , sporen, kwijtgeraakte handschoenen en vergeten stoeltjes. De wijdsheid treft me elke keer weer en ik móet er gewoon elke dag even kijken, al is het maar vijf minuten.
Ik fietste dus, rond en rond met de koude benen, en keek naar de besneeuwde ijsvlakte die de donkere nacht brutaal en eigengereid terugketste. Die wijde witte vlakte lag daar maar stil en groots te schitteren, trok zich niets aan van de wind en de geelwitte zware wolken, droeg alles zoals het kwam en deed er verder niets aan. 
Waar het smolt, smolt het,
waar het schitterde, schitterde het,
waar het waaide, woei het. 
'Neem er een voorbeeld aan,' lispelde de wind me in de oren.
'Wat?' vroeg ik, want ik had een muts op, twéé zelfs, dus ik hoorde 'm niet zo goed.
'Gebruik dit beeld als metafoor,' herhaalde hij ijzig.
Daarna weigerde hij nog verder met me te praten omdat hij heen en weer wenste te waaien, en stuurde hij me subiet met koude wangen en voeten naar huis.

Nu.
Nu pas, een nacht en een halve dag later, begrijp ik wat ie bedoelde.
Ik denk dat hij bedoelde dat het mogelijk is dat je jezelf blijft in alle omstandigheden, maar dat dat 'zelf' door omstandigheden tijdelijk veranderbaar is. En dat duisternis niet hoeft te betekenen dat je je eigen licht uit hoeft te doen.




woensdag 1 februari 2012

met donder en geweld

Na een beste fles wijn
en
duizend sigaretten denk ik dat ik het af heb.
Deel 2 is geschreven.
Kan eindelijk naar bed
en
dromen,
even
het leven vergeten.
Morgen gezond weer op,
voor de zoveelste keer de boel doorlezen
en dan
op de verzendknop drukkken.
Hoop zo dat het okee is.
Ik cross door de tijd,
schort grenzen op,
dwing,
duw
en
donder me
door dat wat leven heet
heen.

Het is soms moeilijk
maar ik zou niet anders willen.