Poes Figo zat vanmorgen om kwart voor acht onder de droogmolen te spelen met een klein musje. Vriendlief pakte het aangeslagen musje op, de kinderen zochten een doos. Het werd een houten kistje, met brood, water en koekkruimels. Figo liep te mauwen en te zoeken, werd zelfs niet rustig van een vers bakkie eten.
Net voordat het musje een lievelingsnaam kreeg en natuurlijk de allertamste mus der tijden zou worden, vloog ie weg, de vleugels nog nat van angstzweet of gemorst water. Hopelijk is ie niet in de struiken geland.
't Is toch wat, zo klein, en dan de wereld tegemoet te moeten vliegen...
dinsdag 30 juni 2009
maandag 29 juni 2009
LOME ZOMERDAGEN
Gisterochtend ging de telefoon. Het was een vriend die vroeg of ik even naar Zeewolde wilde rijden omdat hij niet verder kon fietsen vanwege een lekke band. Had ik fiets plus vriend net goed en wel in de auto zitten, belde Lief met de vraag of hij even gehaald kon worden met de auto in verband met, je raadt het misschien al, een lekke band.
Dus reed ik met 2 zwetende mannen en twee lekke fietsen naar huis. Daarna moest er natuurlijk koffie gezet worden en dáár weer na zat ik opeens met vriendlief in ons zeilbootje om te proberen wind te vangen. Dat ging amper, maar dat gaf niet, want we hadden rosé mee en dat drinkt heel lekker met weinig wind.
Dáár weer na staken we de bbq aan, aten we ons klem en kwam de buurman vertellen dat ie alsmaar onrijpe peertjes op zijn kop gegooid kreeg. Ik plukte zoontje van het schuurdakje en leerde hem hoe hij zo fatsoenlijk mogelijk sorry kon zeggen.
Daarna reden we naar de stal, maar dat bleek voor niets te zijn geweest, want de paarden waren buiten gebleven en dus was de stal nog schoon. Ik klierde op de terugweg wat met dochter achterin de auto (zoon van 19 reed), dronk voor de verandering nog maar eens een glas rosé en plofte met de bijlage van de volkskrant om een uur of 12 in bed.
Om een uur of drie, vier, knikkerde ik vriendlief uit bed vanwege geluidsoverlast en haalde ik toch maar mijn dekbedje tevoorschijn omdat ik een ietsiepietsie aan de koude kant was. Om half acht vanmorgen stond ik op. Ik plukte hier en daar een handdoek van de vloer, dronk een kopje thee, at een broodje kaas en begaf me naar de tennisbaan.
Aldaar wond ik me een beetje op over krakkemikkige oude dozen die niet eens keken of ze wel met hun eigen ballen speelden(nee dus!), dronk koffie en fietste weer naar huis alwaar een musje in dolle paniek door het huis vloog. Een stelletje gillende pubermeiden probeerden het arme dier met een schepnetje te vangen, wat volgens mij wel gelukt is, maar dat weet ik niet helemaal zeker, want ik ben gauw naar mijn atelier gegaan om even niet mee te hoeven doen aan al die herrie.
Bovendien waren opeens alle kinderen weer thuis en moest er kennelijk tomatensoep gegeten worden en begon het al langzaam weer een bende te worden, wat ik best wel zonde vond, want Armenie was wezen poetsen vanochtend en dat kon je nog nét een beetje zien toen ik wegging, maar al lang niet goed meer, want dat is niet te doen met al die kinderen.
En nu zit ik in mijn atelier en schrijf ik slome lompe zinnen. Ik wil eigenlijk wel douchen, want ik heb het warm en vanavond wil ik misschien wel weer een beetje zeilen of dat iemand anders kookt of misschien ook wel helemaal niks.
De zin 'van de mensen en de dingen die voorbijgaan' spookt alsmaar door mijn hoofd, maar dat is ook niet zo verwonderlijk als je ziet wat ik geschreven heb.
Het is een lome zomer, ik kan niet anders zeggen.
Dus reed ik met 2 zwetende mannen en twee lekke fietsen naar huis. Daarna moest er natuurlijk koffie gezet worden en dáár weer na zat ik opeens met vriendlief in ons zeilbootje om te proberen wind te vangen. Dat ging amper, maar dat gaf niet, want we hadden rosé mee en dat drinkt heel lekker met weinig wind.
Dáár weer na staken we de bbq aan, aten we ons klem en kwam de buurman vertellen dat ie alsmaar onrijpe peertjes op zijn kop gegooid kreeg. Ik plukte zoontje van het schuurdakje en leerde hem hoe hij zo fatsoenlijk mogelijk sorry kon zeggen.
Daarna reden we naar de stal, maar dat bleek voor niets te zijn geweest, want de paarden waren buiten gebleven en dus was de stal nog schoon. Ik klierde op de terugweg wat met dochter achterin de auto (zoon van 19 reed), dronk voor de verandering nog maar eens een glas rosé en plofte met de bijlage van de volkskrant om een uur of 12 in bed.
Om een uur of drie, vier, knikkerde ik vriendlief uit bed vanwege geluidsoverlast en haalde ik toch maar mijn dekbedje tevoorschijn omdat ik een ietsiepietsie aan de koude kant was. Om half acht vanmorgen stond ik op. Ik plukte hier en daar een handdoek van de vloer, dronk een kopje thee, at een broodje kaas en begaf me naar de tennisbaan.
Aldaar wond ik me een beetje op over krakkemikkige oude dozen die niet eens keken of ze wel met hun eigen ballen speelden(nee dus!), dronk koffie en fietste weer naar huis alwaar een musje in dolle paniek door het huis vloog. Een stelletje gillende pubermeiden probeerden het arme dier met een schepnetje te vangen, wat volgens mij wel gelukt is, maar dat weet ik niet helemaal zeker, want ik ben gauw naar mijn atelier gegaan om even niet mee te hoeven doen aan al die herrie.
Bovendien waren opeens alle kinderen weer thuis en moest er kennelijk tomatensoep gegeten worden en begon het al langzaam weer een bende te worden, wat ik best wel zonde vond, want Armenie was wezen poetsen vanochtend en dat kon je nog nét een beetje zien toen ik wegging, maar al lang niet goed meer, want dat is niet te doen met al die kinderen.
En nu zit ik in mijn atelier en schrijf ik slome lompe zinnen. Ik wil eigenlijk wel douchen, want ik heb het warm en vanavond wil ik misschien wel weer een beetje zeilen of dat iemand anders kookt of misschien ook wel helemaal niks.
De zin 'van de mensen en de dingen die voorbijgaan' spookt alsmaar door mijn hoofd, maar dat is ook niet zo verwonderlijk als je ziet wat ik geschreven heb.
Het is een lome zomer, ik kan niet anders zeggen.
vrijdag 26 juni 2009
EEN WOLK IS WEL ZACHT, MAAR VERDER NIKS.
Toen ik laatst in het vliegtuig zat en naar beneden keek, zag ik een wolkendek beneden me en een wolkendek boven me. Ze zien er wel lekker zacht uit, die wolken, dacht ik, maar als ik nu neerstort, dan houden ze me niet. Dan donder ik keihard op de aarde en ben ik helemaal kapot. Dan kan ik niets meer bewegen, dan doe ik nergens meer aan mee.
Wel, ik stortte natuurlijk niet neer en dus loop ik nu gewoon weer op die harde aarde die af en toe op stroop lijkt, zo zwaar ploeg ik voort.
Maar nu wens ik de wolken terug omdat de aarde toch te hard is. Ik wil ze terug met dikke mist om de grote, boze mensenwereld voor me verborgen te houden. Ik wil ze terug om alles zacht te maken, om te fluisteren, heel zacht om en door me heen, of tegen mij aan, als zij dat willen. Om al het kostbare te bewaren, om scherpe kantjes even niet te hoeven zien. Nu wens ik dat, o jee, wat wens ik dat.
donderdag 25 juni 2009
BETER IETS DAN NIETS...
Jongens.
Jongens nog an toe zeg.
Ik wil al dagen schrijven, maar er zijn totaal geen gaatjes!
Het is zó allemachtig druk in huis, met kinderen, met dingen die te doen zijn, met perikelen rondom school, met ditjes hier en datjes daar, dat ik gewoonweg geen ruimte zie om rustig achter de computer te kruipen om jullie het vakantieverhaal te vertellen. Dus doe ik effe snel de wetenswaardigheden en daar moet het dan maar klaar mee zijn.
Goed.
Om een lang verhaal kort te krijgen...
De gaskabel van het busje brak, 1x in België en 1x in Frankrijk. In België was alles binnen 2 uur weer onder controle, maar in Frankrijk was het bijna weekend en de garagejongen had niet veel zin om ons ter wille te zijn, dus kregen we vervangend vervoer voor de laatste 600 kilometer.
Wíj zijn uiteindelijk dus wel op de plek van bestemming aangekomen, alleen het busje niet.
Op de camping hebben we allerhande klusjes gedaan, zoals het leegpompen en schoonmaken van een zwembadje, het kopen van een varken, het schilderen van een zwembadmuur, het maken van brandnetelsoep voor 30 man en het schrijven van een folder. We hebben geen tijd gehad om ons te vervelen, helaas ook niet om te duiken in de golven van Biaritz. Ik heb niet geplast in de bermen van Bordeaux en ook geen rosé gedronken op het Place du Tertre, máárrrrr....ik heb wél gedanst, gelachen, gegeten en menigmaal ietsjepietsje te veel gedronken.
En nu moet ik alweer stoppen met schrijven want er staat een loodgieter met een nieuwe wasbak voor m'n deur. En zo is er altijd wel wát...
maandag 22 juni 2009
En nu willen jullie natuurlijk graag horen hoe het is geweest in Frankrijk.
Ik zou het jullie ook graag willen vertellen, ware het niet dat er zinnigere en noodzakelijkere dingen te doen zijn dan blogjes bijhouden.
Het komt, het komt, het komt heus, alleen nog even geduld alstublieft. Wat ik alvast wel kan verklappen is dat we 2 keer pech hebben gehad en dat het busje nog immer niet op de plaats van bestemming is...
Wordt vervolgd.
woensdag 10 juni 2009
'T GAAT ALTIJD ANDERS DAN JE HOOPT..
Had ik gisteren met mijn goede gedrag nét het beddengoed gewassen van de VW-bus, werd er gebeld dat de oven naar ons toe zou worden gebracht. Dat scheelt weer een ritje Rotterdam, dacht ik blij. Ik rook aan de frisse lakens en frummelde aan de slaapzak. Mmmmm, vakantie, dacht ik, lekker slapen in dat busje, lekker leuk allemaal.
De blijheid was echter van korte duur, want toen de aanhanger kwam, bleek het echt een kolos van een joekel van een gevaarte van een oven in twee delen (!) te zijn. En dan heb ik het nog niet eens over de afzuigkap, die toch al gauw 1 bij 1 meter was en droop van het vet, garriejakkesnogantoe.
Afijn, ik weet inmiddels waar de achterbank moet!
Die ligt op het matras, evenals de afzuigkap. De tweedelige oven staat shocking klem achter de stoelen, op zijn kant.
De hele mikmak aan zwikzwak donderde naar beneden en verder heb ik hem volgepropt met zooi, allemaal uit de bus.
Het interieur meurt nu naar diesel, vet en beschimmeld plastic, want die afzuigkap ligt nu in een al jaren vergeten zeil uit een hoekje van de tuin.
Fijn!
De blijheid was echter van korte duur, want toen de aanhanger kwam, bleek het echt een kolos van een joekel van een gevaarte van een oven in twee delen (!) te zijn. En dan heb ik het nog niet eens over de afzuigkap, die toch al gauw 1 bij 1 meter was en droop van het vet, garriejakkesnogantoe.
Afijn, ik weet inmiddels waar de achterbank moet!
Die ligt op het matras, evenals de afzuigkap. De tweedelige oven staat shocking klem achter de stoelen, op zijn kant.
De hele mikmak aan zwikzwak donderde naar beneden en verder heb ik hem volgepropt met zooi, allemaal uit de bus.
Het interieur meurt nu naar diesel, vet en beschimmeld plastic, want die afzuigkap ligt nu in een al jaren vergeten zeil uit een hoekje van de tuin.
Fijn!
dinsdag 9 juni 2009
BUSJE
Er staat al weken een oranje VW-busje met bloemetjesgordijntjes op de oprit. Zo'n oud busje, met een stompe neus, misschien ken je ze wel. Dat dinkie moet naar de Pyreneeën, 1400 kilometer verderop. Het vehikel gaat niet harder dan 100 of zo, met wind mee misschien 110, maar dan heb je het wel zo'n beetje gehad.
Vriendlief heeft er afgelopen zaterdag even in gereden. Het duurde een kwartier voordat ie 'm in zijn achteruit kreeg en van de oprit af wist te manoeuvreren. Ik keek ernaar en dacht: mien gut, we krijgen dat oranje geval nooit die Pyreneeën in. Want wij gaan dat busje brengen namelijk. Wij, dat zijn vriendlief en ik, en misschien de wegenwacht, maar daar gaan we niet van uit natuurlijk.
Het project mag een beste week gaan duren, want tot zolang hebben we mijn lieve paps en mams gereserveerd.
Donderdag gaan we weg, dan schuiven we die gordijntjes open en springen we in die bus. Dan hobbelen we eerst naar Rotterdam, want daar moeten we een hele grote oven ophalen waar 12 pizza's tegelijk in kunnen. Om dat in die bus te krijgen, moet eerst de achterbank eruit worden geschroefd. Waar we díe dan weer moeten laten, weet ik nog niet.
Het wordt een beetje een malle expeditie geloof ik. In ieder geval wil ik onderweg wijn drinken op het Place du Tetre in Parijs en plassen in de bermen van Bordeaux.
That's all.
En als we dan eindelijk op de plaats van bestemming zijn, hoop ik dat het zulk lekker weer is dat we een duik kunnen nemen in het zwembad, of beter nog, in de golven van Biaritz.
Waar we naar toe gaan?
Naar onze lievelingscamping!
Klik hier om het allemaal te bekijken.
maandag 8 juni 2009
WAAR IK ZO AL MEE BEZIG BEN...
Graniet is een toneelstuk, geschreven door Alex van Warmerdam, en o, o, o, wat kan die man schrijven, en o, o, o, wat is dat gisteravond mooi opgevoerd door theatergroep Grondverf uit Harderwijk.
Vijf mannen op een podium die laten zien dat ze al jaren bezig zijn een stuk graniet te verplaatsen. Ze vullen de tijd met werken, met praten, met patronen, met het zoeken naar vrienden, vergaderen en zwemmen, met pesten, met slaan, met keiharde represailles en pijnlijke ontgoochelingen. Aan het eind van het stuk vragen ze zich als bij toverslag af waar ze in godsnaam mee bezig zijn. En geen van allen weten ze het.
Dat gevoel ken ik, bedacht ik toen ik na de voorstelling en kroegbezoek naar huis waggelde.
Ik ken dat, omdat ik óók jarenlang dingen doe. Ik eet, drink, speel, vrij, praat, lach, huil, schrijf, slaap en droom, en hóp, ineens is daar dan een moment waarop ik me afvraag waar ik in vredesnaam mee bezig ben. Ik vul de tijd tot ie vol zit, met zinnige en onzinnige dingen, ik dompel me in de dagen en soms weet ik niet eens waarom.
Soms vul ik onoplettend en raakt het overvol.
Ikzelf, het vat, de dagen, de tijd.
Alex van Warmerdam en Grondverf.
Ze bezorgden me een onrustige nacht...
Vijf mannen op een podium die laten zien dat ze al jaren bezig zijn een stuk graniet te verplaatsen. Ze vullen de tijd met werken, met praten, met patronen, met het zoeken naar vrienden, vergaderen en zwemmen, met pesten, met slaan, met keiharde represailles en pijnlijke ontgoochelingen. Aan het eind van het stuk vragen ze zich als bij toverslag af waar ze in godsnaam mee bezig zijn. En geen van allen weten ze het.
Dat gevoel ken ik, bedacht ik toen ik na de voorstelling en kroegbezoek naar huis waggelde.
Ik ken dat, omdat ik óók jarenlang dingen doe. Ik eet, drink, speel, vrij, praat, lach, huil, schrijf, slaap en droom, en hóp, ineens is daar dan een moment waarop ik me afvraag waar ik in vredesnaam mee bezig ben. Ik vul de tijd tot ie vol zit, met zinnige en onzinnige dingen, ik dompel me in de dagen en soms weet ik niet eens waarom.
Soms vul ik onoplettend en raakt het overvol.
Ikzelf, het vat, de dagen, de tijd.
Alex van Warmerdam en Grondverf.
Ze bezorgden me een onrustige nacht...
donderdag 4 juni 2009
KIEZEN VOOR IETS WAT JE NIET WIL
Ik heb een dilemma.
Ik heb destijds tegen de eenwording van Europa gestemd, maar dat heeft allemaal geen reet geholpen, want dat hele Europa heeft zich niets van me aan getrokken en heeft de bliksemse bende zo georganiseerd dat ik vandaag kan gaan stemmen voor de Europese verkiezingen. En aangezien ik altijd loop te verkondigen dat je blij moet zijn dat je een keuze hebt en dus welhaast verplicht bent te gaan stemmen, ben ik in dat rottige dilemma terecht gekomen. Ik moet vandaag dus gaan kiezen voor iets wat ik eigenlijk niet wil.
Da's toch van de zotte!
Prik mij maar lek, jongens, ik kan niet tegen dilemma's. Ik raak er helemaal geshuffeld van.
Ik heb destijds tegen de eenwording van Europa gestemd, maar dat heeft allemaal geen reet geholpen, want dat hele Europa heeft zich niets van me aan getrokken en heeft de bliksemse bende zo georganiseerd dat ik vandaag kan gaan stemmen voor de Europese verkiezingen. En aangezien ik altijd loop te verkondigen dat je blij moet zijn dat je een keuze hebt en dus welhaast verplicht bent te gaan stemmen, ben ik in dat rottige dilemma terecht gekomen. Ik moet vandaag dus gaan kiezen voor iets wat ik eigenlijk niet wil.
Da's toch van de zotte!
Prik mij maar lek, jongens, ik kan niet tegen dilemma's. Ik raak er helemaal geshuffeld van.
woensdag 3 juni 2009
IK MIS BRIL!!
Ach jee.
Ik heb last van het lezen van teveel blogs, waardoor ik niet meer weet wat ik nog toe te voegen heb. Het ene blog is nog hilarischer dan het andere, er is er één waar ik altijd van moet zuchten, er is er één die mijn agressie opwekt, -en nee, ik ga niet zeggen welk blog dat is- er is er één die echt heel zielig is, er is er één die sterk is, er is er één die grappig is, er is er één die voortdurend parodieert, er zijn ondeugende, stoute, lieve, realistische, relativerende, filosofische blogs, kortom, er is van alles te zien in blogland.
Na het lezen van al die blogs heb ik vaak geen zin meer om te schrijven.
Alles is dan al gezegd, iedereen zit zo'n beetje met hetzelfde: de aardbeien groeien gestaag en worden opgegeten door mens en dier (vogels of wurmen), pinkpop is geweest, treinen zijn gemist, sokken raken kwijt (zelfs Sylvia Witteman schreef er over in de volkskrantbijlage van afgelopen weekend), kinderen zijn lastig, lief of leuk, er zijn boeken gelezen en films gekeken, en ga zo maar door.
Het is teveel.
Het is overdonderend.
Ik ga maar eens op zoek.
Op zoek naar authenticiteit,
niet reproduceren maar creëren.
Want dat vind ik belangrijk.
En me bezighouden met de vraag wat ik eigenlijk toe te voegen heb.
En óf ik eigenlijk wel iets toe te voegen moet willen hebben.
Ik mis Bril, jongens, gosj, wat mis ik Bril.
Díe had tenminste iets toe te voegen.
Die had altijd iets unieks te melden, ook al was het universeel.
Die had een eigen stem.
Die deed geen trucje, geen toontje, geen smuk.
Die was zichzelf.
Dat wil ik ook.
Ik wil mezelf zijn, zelfs schrijvend.
En dan het liefst niet lijken op iets of iemand.
Ik heb last van het lezen van teveel blogs, waardoor ik niet meer weet wat ik nog toe te voegen heb. Het ene blog is nog hilarischer dan het andere, er is er één waar ik altijd van moet zuchten, er is er één die mijn agressie opwekt, -en nee, ik ga niet zeggen welk blog dat is- er is er één die echt heel zielig is, er is er één die sterk is, er is er één die grappig is, er is er één die voortdurend parodieert, er zijn ondeugende, stoute, lieve, realistische, relativerende, filosofische blogs, kortom, er is van alles te zien in blogland.
Na het lezen van al die blogs heb ik vaak geen zin meer om te schrijven.
Alles is dan al gezegd, iedereen zit zo'n beetje met hetzelfde: de aardbeien groeien gestaag en worden opgegeten door mens en dier (vogels of wurmen), pinkpop is geweest, treinen zijn gemist, sokken raken kwijt (zelfs Sylvia Witteman schreef er over in de volkskrantbijlage van afgelopen weekend), kinderen zijn lastig, lief of leuk, er zijn boeken gelezen en films gekeken, en ga zo maar door.
Het is teveel.
Het is overdonderend.
Ik ga maar eens op zoek.
Op zoek naar authenticiteit,
niet reproduceren maar creëren.
Want dat vind ik belangrijk.
En me bezighouden met de vraag wat ik eigenlijk toe te voegen heb.
En óf ik eigenlijk wel iets toe te voegen moet willen hebben.
Ik mis Bril, jongens, gosj, wat mis ik Bril.
Díe had tenminste iets toe te voegen.
Die had altijd iets unieks te melden, ook al was het universeel.
Die had een eigen stem.
Die deed geen trucje, geen toontje, geen smuk.
Die was zichzelf.
Dat wil ik ook.
Ik wil mezelf zijn, zelfs schrijvend.
En dan het liefst niet lijken op iets of iemand.
dinsdag 2 juni 2009
MET BEIDE BEENTJES OP DE GROND
Ai!
Ik schreef het gisteren al, dat geluk breekbaar was en zo.
Welnu, het is alweer voorbij, hoor, dat zweverige, zuchterige, zonnige en gelukzalige halleluja-gevoel.
Vanochtend stond ik weer met beide bruine beentjes op de grond door Zoontje van tien. Hij spelde me namelijk een verhaal op de mouw dat van geen kanten klopte, dus ging ik naar de juf om de werkelijke versie te horen. Háár versie verschilde nogal van die van Zoontje. Laat ik volstaan met te zeggen dat meneer geen glansrol speelt in het verhaal, maar meer de boevenhoofdrol heeft, helaas. De etterbak!
Die is de pineut vanmiddag, wat ik je brom.
Dat wordt Boeten met een grote B.
Het gaat niet echt gezellig worden zal ik maar zeggen...
Ik schreef het gisteren al, dat geluk breekbaar was en zo.
Welnu, het is alweer voorbij, hoor, dat zweverige, zuchterige, zonnige en gelukzalige halleluja-gevoel.
Vanochtend stond ik weer met beide bruine beentjes op de grond door Zoontje van tien. Hij spelde me namelijk een verhaal op de mouw dat van geen kanten klopte, dus ging ik naar de juf om de werkelijke versie te horen. Háár versie verschilde nogal van die van Zoontje. Laat ik volstaan met te zeggen dat meneer geen glansrol speelt in het verhaal, maar meer de boevenhoofdrol heeft, helaas. De etterbak!
Die is de pineut vanmiddag, wat ik je brom.
Dat wordt Boeten met een grote B.
Het gaat niet echt gezellig worden zal ik maar zeggen...
maandag 1 juni 2009
DANKJEWEL
Men, wat kan een mens gelukkig zijn!
En mén, wat is het breekbaar.
Juist het besef dat het breekbaar is, maakt het geluk nog groter.
Nú is het goed, nú zijn we gezond, nú zijn we bij elkaar.
Er is zon, er zijn vrije dagen, er is water, een grote tafel en flessen zát met sap en rosé. Er zijn een mams en een paps, weliswaar ver weg maar met een eenvoudige telefoonverbinding lief dichtbij, er is een zeilboot, lieve vrienden, zussen en broertjes, er is van alles echt heel veel.
Het kan ook anders, maar nu even niet. Nu is nu en nú is het goed.
Om mijn handjes voor dicht te knijpen!
En dankjewel te zeggen.
Heel veel dankjewel voor alles wat me toevalt.
Dank je, dankjewel!
En mén, wat is het breekbaar.
Juist het besef dat het breekbaar is, maakt het geluk nog groter.
Nú is het goed, nú zijn we gezond, nú zijn we bij elkaar.
Er is zon, er zijn vrije dagen, er is water, een grote tafel en flessen zát met sap en rosé. Er zijn een mams en een paps, weliswaar ver weg maar met een eenvoudige telefoonverbinding lief dichtbij, er is een zeilboot, lieve vrienden, zussen en broertjes, er is van alles echt heel veel.
Het kan ook anders, maar nu even niet. Nu is nu en nú is het goed.
Om mijn handjes voor dicht te knijpen!
En dankjewel te zeggen.
Heel veel dankjewel voor alles wat me toevalt.
Dank je, dankjewel!
Abonneren op:
Posts (Atom)